EEN MENSEN-MENS AAN DE TELEFOON
EEN MENSEN-MENS AAN DE TELEFOON
Nico Meerburg kan zich met recht een mensen-mens noemen. Na zijn pensionering is hij als vrijwilliger verder gaan ‘werken’. Op dit moment nog bij drie verschillende instanties: Stichting Vrienden van de Borkel, Stichting Gorssels Erve en GOVOS hanteert hij de voorzittershamer en sinds kort hoort Nico bij de ‘bel-ronde’- vrijwilligers van Seniorenwerk van SWL.
MENSENMENS
Op 17-jarige leeftijd is Nico begonnen met werken en studeren. Hij werkte in 7 verschillende gemeenten waarvan in twee als burgemeester. De herindeling van de gemeente Gorssel maakte een eind aan een lang werkzaam leven. Hij prijst zich gelukkig dat hij hier, in Gorssel, nu al 25 jaar met veel plezier woont.
Nico vertelt: “Iets voor een ander kunnen betekenen is voor mij en mijn vrouw vanzelfsprekend. Als ik ’s avonds voor de spiegel sta, stel ik mezelf de vraag: heb ik vandaag wat voor een ander gedaan ? Je bent niet alleen voor jezelf op de wereld. Dat staat voor ons als een paal boven water. Als burgemeester was het contact met de mensen van cruciaal belang. Ik kon genieten als er klompen in de hal stonden. Als mensen-mens ben ik na mijn zestigste vanzelf doorgegaan met het in contact blijven met mensen”.
BEL-RONDES
Een oproep in de krant van Seniorenwerk van SWL, waarin vrijwilligers werden gevraagd om mensen te bellen, was niet tot dovemans oren gericht. Nico vertelt verder: “Het telefonische gesprek voer je om te kijken of er eenzaamheid ervaren wordt, of dat er contact is met andere mensen. Wellicht is er hulp nodig. Ik heb me aangemeld. Na een training kreeg ik twee lijsten: een lijstje waarop de telefoonnummers stonden die ik zou bellen en een lijst met de vragen die ik kon stellen. Daar heb ik veel aan gehad. De vragenlijst bracht structuur in het gesprek.”
Nico heeft nu twee belrondes meegedaan, elk met vijf contacten. Na elk gesprek wordt er een kort, duidelijk verslag gemaakt, waarin eventuele hulpvragen genoteerd worden. Hierdoor kan SWL hulp bieden.
HEEL DICHT BIJ MENSEN
Met vragen als: “Hoe komt u deze coronatijd door?” en “Wat is uw thuissituatie?” kom je snel heel dicht bij de mens aan de andere kant van de lijn. Nico: “De antwoorden zijn zeer verschillend. Gelukkig kan ik met mijn ervaring goed luisteren en voldoende afstand bewaren. Wat mij het meest verbaasd heeft, is het snel gegroeide vertrouwen tussen de gebelde en mij. Wel heel bijzonder”.
(als vrijwillig interviewer begrijp ik het wel: het is een genoeglijk gesprek geweest, want voor ik het wist gaf ik antwoord op zijn vragen over mijn leefsituatie).
Het meest verrast is Nico geweest toen iemand hem vroeg om hem een keer terug te mogen bellen, waarop het antwoord uiteraard een JA was. Maar er stond ook een keer een naam op de lijst van iemand die hij en zijn vrouw kennen. “Dan ga je heel anders een gesprek in”, vertelt Nico. “Maar al gauw kreeg ik door dat ik betrokkene met diezelfde naam helemaal niet ken en kon ik er snel een andere draai aan geven”.
Nico is blij dat op de vraag of het op prijs gesteld wordt als er nog een keer gebeld zou worden, het antwoord een paar keer was, ‘dat deze eerste keer zeker gewaardeerd wordt, maar dat hij beter iemand kon bellen, die het echt nodig heeft’.